Barsten

Barsten met verschillende lengte en diepte.

Oorzaken

1. Verkeerde opbouw op thermoplastische ondergrond (polyesterplamuur / -grondmateriaal, washprimer / synthetische producten rechtstreeks op TPA aangebracht), waardoor de TPA-laag oplost.
2. Reparatielaklaag niet voldoende uitgehard (te weinig of geen verharder).
3. Verkeerde opbouw:
   • washprimer met polyesterproduct behandeld
   • nitrocellulose ofwel synthetische lak te snel overgespoten.
4. Barsten in kunststofdelen - zie ‘Fouten bij het spuiten van kunststof’.
5. Sterke UV-belasting, extreme temperatuurschommelingen.
6. Te korte uitdamptijd bij nat-in-nat verwerking.
7. Totale lakopbouw is te dik.

1. Lakprocédé gebruiken dat afgestemd is op de desbetreffende ondergrond.
2. Juiste dosering verharder.
3. Juiste opbouw.
4. Materialen elastisch maken - zie ‘Fouten bij het spuiten van kunststof’.
5. Er zijn geen gevallen van barstjes bekend na het werken met de bestaande Glasurit reparatielakken.
6. Aanbevolen uitdamptijden aanhouden.
7. Opbouw en laagdikten van de oude lak controleren en eventueel afschuren of afbijten.

Let op: gebruik voor oudere automodellen het lakprocédé voor oplosmiddelgevoelig spuitwerk: Classic Car System S 1a.